Wendy Pragt

Creative Content

  • Columns
  • Publicaties R.O.O.S.
  • Levensverhalen
  • Contact
  • Over mij

ONBEHUISD

29 januari 2017 door Wendy Pragt Reageer

Onlangs zag ik op tv een programma waarin een acteur zich vrijwillig 3 weken in de daklozen-scene had ondergedompeld.
Hij was zich ervan bewust, dat hij na die tijd zich weer met alle warmte van eigen huis en haard mocht omringen en zijn mede-daklozen achterliet in de doelloze leegte.

De tijdelijk thuisloze toonde het eentonige en uitzichtloze bestaan van een groep persoonlijkheden die elkaar bijstonden en raad gaven om op die manier toch een soort van eenheid te creëren. Veel van hen liepen elkaar regelmatig tegen het lijf in dezelfde opvangcentra, bij de soepbus of het Leger des Heils. Ieder van hen had zijn eigen verhaal, maar elk van hen kreeg te maken met vooroordelen en afwijzing. De vraag van de acteur cq. nep-dakloze om een bekertje water werd een winkelier te veel; zonder pardon wees deze laatste hem de deur. Daarentegen overhandigde een passerende tiener van 13 zomaar een tas vol met boodschappen aan de ‘nepzwerver’, die daarvan hevig ontroerd raakte.

“Het kan iedereen gebeuren”, is het motto van deze groep medelanders, die niet binnen de vastomlijnde normen van onze samenleving opereert. Hoewel ik sceptisch tegenover deze schijnbaar gemakzuchtige uitspraak sta, moet ik eerlijk bekennen dat die bewering mij niet helemaal onwaar lijkt. In deze roerige tijden wordt de kloof tussen arm en rijk steeds groter, terwijl de grens van rijk naar arm flinterdun kan zijn, als je niet oppast…

Zelf zou ik he-le-maal geen goede zwerver zijn. Daarvoor ben ik veel te opgeruimd. In plaats van geld te vragen voor een kopje koffie, zou ik smeken om een fles schoonmaakmiddel. Zodat ik eerst een flinke emmer sop over mijn stukje stoep kan gooien alvorens ik er alleen maar aan zou dènken om me daar neer te vleien…

Toch – in een vlaag van verstandsverbijstering – vraag ik mij soms af: “Hoe heerlijk kan het zijn? Je geen zorgen te maken over een ‘bad hairday?’ Niet elke ochtend minstens een half uur voor je kledingkast te dralen ‘omdat je niets hebt om aan te trekken’. Geen filestress omdat je op een enigszins respectabele tijd op je werk wordt verwacht. Op de terugweg van datzelfde werk niet hoeven te bedenken over ‘wat vanavond weer te eten’. ’s Avonds na de koffie nog met stofdoek en -zuiger geen noodzaak hebben om door het huis te gaan omdat dat ook enige onderhoud vraagt. Niet alles klaar voor de volgende dag te hoeven leggen en in je bed stappen in de wetenschap dat er morgen weer zo’n ‘spannende’ dag op je wacht…”

Neeeeee…, daklozen hebben daar geen last van. Die kunnen niet anders dan afwachten wat de dag hen brengt. Ook een regelmatig bestaan, maar dan op een andere manier. Ik oordeel en veroordeel niet, want je weet nooit wat de toekomst in petto heeft. Hoe iemand ook denkt en leeft: te allen tijde respect voor elkaar hebben kost geen moeite, is gratis en levert veel op.

Ik ken mensen die op het randje stonden van een dakloos bestaan, maar die het geluk hadden om iemand te kennen, die hen daarvoor behoedden door het bieden van financiële en emotionele steun. Helaas is niet iedereen gezegend met liefhebbende en meelevende medemensen om zich heen. En dan is die eerste keer slapen onder een brug met niets anders dan een hopeloos en troosteloos vooruitzicht soms onvermijdelijk.

Stiekem ben ik toch wel blij met mijn ‘voorspelbare’ leventje, waarover ik mezelf voorhoud de regie te voeren. Saai maar veilig. Met af en toe een uitspatting in de vorm van stapavondjes en een impulsief besluit om bijvoorbeeld vandaag de trein naar Lutjebroek te nemen…

Maar tussen een ‘gewoon’, gezapig, regelmatig leven en een zwerversbestaan bevinden zich vele zijpaden. Ik probeer er, in de tijd dat ik op deze mooie blauwe bol mag doorbrengen, zoveel mogelijk te bewandelen. Zonder ervan af te raken. Want zeg nooit ‘nooit’…

‘The Voice’

3 november 2016 door Wendy Pragt Reageer

sound-856770_640

Waarom soms alle 4 de stoelen in de eerste seconde(n) tegelijk omdraaien en waarom geen een of misschien een enkele na gemiddeld 30 seconden zang, moge duidelijk zijn: een ieder van ons is op eigen wijze gevoelig voor de manier waarop vorm wordt gegeven aan het stemgeluid dat per persoon uniek is.

Toen mijn zoon na zijn geboorte een tijdje op de kinderafdeling moest verblijven en ik me enkele malen per dag daarnaar begaf om hem op gezette tijden te voeden – net zoals alle andere baby’s die op dezelfde tijd honger krengen en begonnen te brullen – herkende ik zijn huiltje meteen. Toen hij vervolgens naar de crèche ging, herkende ik bij het ophalen zijn gebrabbel al in de gang. En zelfs nu nog – hij is inmiddels bijna 11 – kan ik ontroerd raken over hoe hij dingen uitsprak toen hij net leerde praten en hoe hij sommige dingen nog steeds uitspreekt met dezelfde intonatie.

Het wonderlijke van het gesproken woord is dat de manier waarop die wordt uitgesproken, bepalend is voor de reactie hierop. Want wát iemand ook tegen je zegt, de intenties zijn af te luisteren op de manier waaróp dat wordt gezegd. De toon verraad de emotie, dat is onmogelijk te verbergen, hoe graag je dat soms zou willen: omdat je iemand geen pijn wilt doen, of omdat je je verdriet wilt verbergen. En hoewel non-verbale communicatie vaak meer zegt dan verbale, is de manier waarop je de te overbrengen boodschap uitspreekt, allesbepalend voor de gevoelens van de toehoorder.

Het mooie van de stem – vind ik – is, dat die altijd in je herinnering blijft.
Als de telefoon gaat en ik neem op, mis ik soms nog de stem van mijn moeder aan de andere kant van de lijn. Dagelijks spraken wij elkaar via deze weg en hoe ze klonk als ik opnam wanneer ik haar belde, kan ik nog met gemak voor me halen. Ze is inmiddels bijna 20 jaar dood.

Als ik bij het graf van mijn vader sta en hem in lastige tijden weleens in mezelf om raad vraag, hoor ik nog steeds hoe hij probeert mij enigszins wat wijsheid bij te brengen. Ik weet nog hoe hij mijn naam uitsprak als ik weer eens eigenwijs was geweest en mijn eigen pad had gevolgd, wat soms wel eens rampzalige gevolgen had… Eén woord was soms al genoeg. In een enkel geval lag daar zijn wanhoop in. Die mij keihard trof.

Toch zijn het de woorden van liefde van mijn ouders die mij het meest zijn bijgebleven.

Hoe vreemd is het om je eigen stem te horen op bijvoorbeeld een geluidsfragment? En jezelf dingen hoort zeggen waarvan je schrikt. Gewoon, omdat je – om het maar eens plat te zeggen – zo gebekt bent. Je hoort jezelf op een andere manier waarop anderen je horen. Soms letterlijk, soms figuurlijk, soms beiden.

Maar op welke wijze je ook herinnerd wordt door anderen als je zelf niet meer op deze aardbol rondloopt, je stem wordt nooit wordt vergeten…

Volg je gevoel

13 oktober 2016 door Wendy Pragt Reageer

key-1600617_640

‘Het gaat er niet om wie je bent, maar wie je kent’.

Een kreet die ik voor het eerst hoorde toen ik lang geleden, na 10 rijksambtenaar te zijn geweest, overstapte naar het bedrijfsleven. De uitspraak die mij toentertijd ook verbaasde maar al te waar bleek, lijkt ook nu nog – of misschien beter gezegd: juist nu nog – meer van toepassing dan ooit.

Ik had het geluk om iemand in mijn directe omgeving te kennen die ik om raad kon vragen over onze zoon, die destijds al een half schooljaar thuis zat. Ons kind had het behoorlijk moeilijk en zowel school als zorginstelling konden daar – ondanks alle goede bedoelingen en inspanningen – niets (meer) aan doen.

Ik was ervan overtuigd dat mijn zoon beter tot zijn recht zou komen op een basisschool met speciaal onderwijs, maar de betrokken behandelaars waren het telkens niet eens met mijn suggestie. Mijn gevoel echter zei me, dat ik er toch iets mee moest. Dus ondernam ik actie en heb mijn hele verhaal verteld aan eerdergenoemde persoon, die zelf werkzaam was in het onderwijs. Alleen al het feit dat ik werd gehoord door een ervaringsdeskundige – iemand die al eerder met dit bijltje had gehakt en op diens beurt wist met wie contact te leggen hierover – was al een verademing. Niet veel later kwam diegene met de naam van een speciale basisschool; daar kon ik rechtstreeks contact mee opnemen.

Korte tijd later had ik in gesprek met de directeur van deze school, die de vinger op de zere plek wist te leggen. De empathische manier waarop die mij aanhoorde, advies gaf en me verzekerde dat het allemaal goed kwam, voelde als een warm bad. Ik had meteen alle vertrouwen in deze school en vol goede moed keerde ik huiswaarts.

Het traject waarin ik daarna in terecht kwam, was lang. Veel ingewikkelde gesprekken met steeds meer partijen waren het gevolg. De administratieve zorgvuldigheid (lees: bureaucratie) waardoor alles nog maanden duurde en onze zoon pas volgend schooljaar kon beginnen, was soms frustrerend. Aan de andere kant: midden in schooljaar overstappen was misschien ook niet handig geweest. Toch ervoer ik alles als een lang(s)lopend project, maar het uitzicht op eventueel een plekje op deze school was het meer dan waard.

Eindelijk! Met tranen in mijn ogen las ik de brief waarin werd bevestigd dat onze zoon was toegelaten. Na een rustig opgebouwde start gaat hij nu weer fulltime naar school. Hij is opgebloeid en heeft weer vertrouwen. Het is weer ons kind, die er plezier in heeft.
Ik ben mijn ‘redder in nood’ een leven lang dankbaar.

Desalniettemin…
‘Het gaat er niet om wie je bent, maar wie je kent’. Ik vind het een verontrustende gedachte dat (te) veel hiervan afhangt. Ik had het geluk om bij iemand aan te kunnen kloppen, maar velen hebben dat niet. Ik zou willen dat de ‘professionals’, die gezinnen in een soortgelijke situatie hulp bieden, meer oor hebben voor de onderbuikgevoelens van ouders. Want alle in literatuur vastgelegde wetenschap weegt niet op tegen de intuïtie van een vader of moeder.

Ik hoop met mijn verhaal alle ouders en hun kind, die ook door een lastige periode gaan, een hart onder de riem steken door mijn ervaringen met hen te delen. Om hen het vertrouwen te geven dat er een oplossing is. Maar wat ik voornamelijk wil meegeven, is om altijd op hun gevoel af te gaan. En doen wat je vindt dat je moet doen. Hoe groot de weerstand ook is. Altijd!

Solumnsitatie

23 juli 2016 door Wendy Pragt Reageer

Geachte restroom-304986_640,

Via deze ongebruikelijke street-238458_640 probeer ik aan een leuke functie te komen.

Het is zo’n beetje mijn laatste strohalm, want inmiddels heb ik via alle reguliere kanalen geprobeerd om een gepaste baan te vinden.

Met mijn matterhorn-425134_640  aan ervaring ben ik voor uw organisatie zeker een aanwinst.

Ik heb 10 jaar gewerkt op een personeelsafdeling binnen de overheid; daarna besloot ik mijn horizon te verbreden en mijn angel-1184179_640  uit te slaan; als medewerker binnendienst in de ICT bijvoorbeeld heb ik veel geleerd over het wel en wee van de betreffende sector en het bedrijfsleven in het algemeen.

Om mijn kennis en deskundigheid verder uit te breiden, heb ik enkele jaren bewust gekozen voor jobhoppen dat, gezien de positieve economie en arbeidsmarkt toentertijd, nog mogelijk was. Het was een inspirerende en leerzame periode; door het regelmatig wisselen van werkgever heb ik veel meegekregen over de verschillende aspecten en manieren van werken in ondersteunende functies op de diverse niveaus.

Als gevolg van bovenstaande ben ik iemand die zeer zelfstandig haar taken uitvoert, zonder daarbij de dynamiek van het team(werk) uit het oog te verliezen.

Ik ben een kei in plannen en organiseren en in het gelukkige bezit van een hand-1498936_640-on mentaliteit en helicopter-894568_640-view.

Verder ben ik initiatiefrijk, accuraat en creatief. Loyaliteit, klantvriendelijkheid en ‘heart-1088487_640 voor de zaak hebben’ zijn voor mij vanzelfsprekendheden.

Ik kom het best tot mijn recht in een organisatie waar hard werken, gecombineerd met een vleugje humor en elke dag een smiley-163510_640de insteek is.

Bovenop dit alles ben ik bezig om mijn schrijftalent verder te ontwikkelen. Ik schrijf columns, (commerciële) teksten en alles wat er verder te schrijven valt. Op mijn website www.wendypragt.nl (under construction) – die ik overigens zelf onderhoud, ik heb gedegen kennis van WordPress – kunt u alvast een gedeelte van mijn portfolio inzien. Een plekje op uw marketing-/communicatieafdeling geniet daarom mijn brutale voorkeur.

Omdat originaliteit een must is om op te vallen tussen de honderden, zo niet duizenden sollicitaties, en deze eigenschap sowieso gunstig is om out-of-the-box te kunnen denken (zoals ik), hoop ik met dit schrijven uw aandacht te trekken.

Kortom, met zowel mijn tomeloze inzet als kleurrijke persoonlijkheid ben ik van meerwaarde voor uw organisatie.

Ik hoop u na uw welverdiende vakantie mijn (ver)nieuwe(nde) werkgever te mogen noemen.

Met sun-151763_640-nige groeten,

Wendy Pragt

Toos Werkeloos

10 mei 2016 door Wendy Pragt Reageer

arthropod-346160_640

Het is nu bijna 21.00 uur. Ik heb net gedoucht en zit fris en fruitig, bij een – al zeg ik het zelf – welverdiend kopje koffie deze column te schrijven.

Net mijmerend onder de warme waterstralen, die mijn vermoeide rug meer dan goed deden, passeerden mijn bezigheden deze dag de revue. Juist omdat mijn rug zo protesteerde en gilde om ontspanning.

Want de ochtend begon met het bijwerken van de administratie, die natuurlijk weer veel te lang was blijven liggen. Geconcentreerd en gebogen over de stapel papieren worstelde ik mij een weg naar orde in de chaos. Daarna kroop ik achter mijn laptop (in een niet ideale, ergonomische houding, zo merkte ik na een tijdje en tintelende schouders) om een column te schrijven voor De Leukste Kinderen; een momentje voor mijn passie en in de tussentijd kon ik een bonte was laten draaien. Time flies dus voor ik het wist, mocht ik de lunch verzorgen. Met nieuwe energie beide toiletten gereinigd en de badkamer opgefrist. Een onverwacht bezoekje van de buurvrouw, die even wilde bijpraten, dwong mij om een broodnodige theepauze in te lassen; ze had het niet beter kunnen plannen! Daarna vond ik het ineens ideaal weer om de tuin eens op te ruimen en aan te vegen. En toen ook maar het voortuintje. Geloof me, op je hurken onkruid te lijf gaan levert je zeker wat op; ook rugpijn. Eenmaal weer binnen stond er een flinke afwas naar me te lachen. Gewoon maar aan beginnen, was mijn gedachte. Ik heb nu eenmaal niet van die kaboutertjes in huis die het voor me doen. En als ik toch bezig ben, kan ik de gehele keuken wel even mee-soppen. Dan is dat ook maar gebeurd. Opeens schoot me te binnen dat de was nog opgehangen moest worden. Nou ja, dat klusje kon er ook nog wel bij…

Tussen alle bedrijven door probeer ik ook nog een gepaste baan te vinden, ben ik in overleg om te kijken of ik (ook) voor mezelf kan beginnen als freelance tekstschrijver en ben ik in afwachting van toestemming van het UWV om een cursus te mogen volgen die mijn kansen op de arbeidsmarkt vergroten.
En, minstens zo belangrijk zo niet belangrijker: ik heb nog een aantal sociale activiteiten op mijn wensenlijstje staan. Mijn maatje die terug is uit Afrika moet ik echt hoognodig plat knuffelen en bijpraten (in die volgorde), met een ex-collega annex vriendin wil ik ons ‘1e kwartaal 2016′-etentje plannen (het is inmiddels mei, hè?) en met nog andere ex-collega’s is de ‘we houden contact’-borrel, die wij bij mijn afscheid in november vorig jaar hebben afgesproken, bijna verjaard.

Gelukkig heb ik in deze roerige tijden een uitlaatklep gevonden in muziek en dansen; naast schrijven ook 2 van mijn passies vanwaar ik – zeker nu – niet buiten kan. Ik ben er zeker van dat alles over een tijdje in een rustiger vaarwater komt. En ikzelf ook.

Ondanks alle bovenstaande ligt mijn prioriteit bij mijn zoontje (weer) op de rit krijgen (lees mijn columns op: deleukstekinderen.nl) en het gezin in goede harmonie draaiende te houden.

Maar hé, ik ‘werk’ niet…

RIVER DEEP, MOUNTAIN HIGH

21 januari 2016 door Wendy Pragt Reageer

tatry-1491609_640

Zo kun je wel eens een periode in je leven hebben, dat de rusteloosheid in alle hevigheid om je heen zwermt. Nou, dat heb ik nu. Mijn gedachten gaan alle kanten op en mijn lijf gaat mee. Een soort rollercoaster, maar dan een zonder eindpunt.

Maar goed, het is wat het is. Dus probeer ik van nood een deugd te maken. Of eerder gezegd: mijn hele wezen reageert op de situatie en soms pakt dat best handig uit. Zo heb ik bijvoorbeeld gisteren de hele bovenverdieping opgeruimd, opnieuw ingedeeld, gesopt, gestofzuigd, gezeemd. Daarna nog even de badkamer een fikse schoonmaakbeurt gegeven en ga zo maar door. Het hele huis blonk als een 5-sterren B&B. Ik was helemaal tevreden. Om vervolgens doodmoe op de bank te ploffen en uiteindelijk wakker werd van mijn eigen gesnurk. Na het eten en afwassen ook nog de binnenkanten van alle keukenkastjes meegepakt (ik stond er nou toch), mezelf naar boven gesleept en in de fonkelende badkamer een hete douche genomen in de overtuiging dat een goede nachtrust mijn welverdiende beloning was.

Helaas. Na nog even te hebben ge-appt met een vriendin, die blijkbaar ook niet de slaap kon vatten en wij in plaats daarvan een weekendje samen weg hebben geregeld, was ik klaarwakker. Na anderhalf uur in het donker te hebben gestaard, besloot ik om maar een en ander aan gedachten voor columns op te schrijven. Nu heb ik sowieso de gewoonte om ’s nachts op de meest geweldige teksten te komen, dus pen en papier zijn altijd bij de hand.
Eens kom ik wel weer tot rust. En is het (meeste) leed weer geleden. Zo gaat dat bij mij.

Voor een iemand speciaal hoop ik dat er ook weer een tijd van rust komt. Een vriendin, die ik al heel lang ken. Lief en leed mee heb gedeeld. Uit het oog verloor, maar gelukkig weer teruggevonden heb. Met een grote mond en een klein hartje. Wiens 50e verjaardag afgelopen zomer uitgebreid is gevierd, maar leven nu zo is veranderd om nooit meer zo te worden als het was. Omdat ze ziek is. Heel ziek. Zomaar, ineens. Positief als ze is, slaat ze zich moedig door alle vervelende behandelingen heen. Als ik haar bel, klinkt haar spontane lach gelukkig nog als vanouds. Ondanks alles was ze afgelopen weekend toch op de verjaardag van mijn man. Als ze vermoeid de deur bij ons uitloopt, besef ik eigenlijk wat ze voor me betekent. En ben ik blij dat we elkaar, ondanks onze soms pittige meningsverschillen en discussies, blijven vinden.

Voor haar hoop ik het aller, allermeest dat de RIVER DEEP ooit weer een MOUNTAIN HIGH zal worden.

(niet zo) Simpel

5 september 2015 door Wendy Pragt Reageer

Kan ik niet bestaat niet, is mij al op jonge leeftijd geleerd. Dus het schetst steeds mijn verbazing dat de hotemetoten van onze EU niet tot een oplossing komt voor het vluchtelingendrama dat zich momenteel afspeelt.

Als ik, simpele ziel, in mijn eentje oplossingen kan bedenken, hoe gemakkelijk moet het dan niet zijn om met een aanzienlijk aantal hoogopgeleide en intelligente bobo’s een probleem op te lossen. Toegegeven, niet de meest gemakkelijk opgave, maar ach, met dat salaris zou je toch echt in staat moeten zijn tot een gedegen oplossing te komen.

Maar nee, het geharrewar en gehakketak over en weer duurt en duurt en duurt. Want naast humane belangen spelen er ook politieke zaken een rol. En dat maakt het toch wel ingewikkeld. Want wat voor de een een uitgemaakte zaak is, is voor de ander een belediging. En wat voor de ander niet meer dan normaal lijkt, is voor de tweede partij onacceptabel. Zo draaien ze in en om elkaar heen, en in de tussentijd wordt het probleem alsmaar schrijnender.

Alle materiaal dat zich intussen op alle vormen van sociaal media verspreid, al dan niet gefilmd door de slachtoffers zelf of familie ervan of wie dan ook, stapelt zich op en haalt zich allerlei reacties op de hals. Wat dan ook weer invloed heeft op de gehele samenleving met als gevolgd dat we elkaar zowat de hersenen inslaan met het idee dat we op die manier de mening van de ander kunnen weg timmeren.

Dat is weer een probleem erbij voor de hoge heren en dames, die daar dan ook nog een oplossing voor moeten zoeken. En ze hebben het al zo druk! Net terug van vakantie uit landen waar ze helemaal geen armoe – laat staan vluchtelingen – hebben waargenomen (dat moest er nog eens bijkomen in zo’n peperduur resort), moeten ze alweer keihard aan de bak. Nou, ik geef het je te doen!

Echt mensen, het is niet eenvoudig. Ook niet met alle tips die hen door iedereen die wil meedenken, wordt aangedragen. Sterker nog, dat maakt het nog ingewikkelder, mensen die meedenken. Thanks, but no thanks. Er zijn altijd van die figuren die ‘gewoon’ denken: ieder mens is een mens, de wereld is van iedereen, en laten we delen wat we hebben. En in de tussentijd een oplossing bedenken. Dat is wel heel zwart/wit, hè? (Oeps, daar ga ik ietwat over de scheef, nu de pepernoten alweer in de schappen liggen. Nou ja, niet zo bedoeld en bovendien iets van een heel andere orde.) Daar hebben ze niet jaren voor op de universiteit gezeten…

Nee, ze willen ons waar geven voor ons geld. Dat er overigens niet is. Maar daar hebben we het nu niet over; laten we niet alles door elkaar halen, anders is het hek overigens helemaal van de dam. Wat op zich voor de vluchtelingen dan weer goed uitkomt.

Bovenstaande vaag? Misschien, maar ik denk dat eerder genoemde lieden het prima begrijpen…

Hittegekte

4 juli 2015 door Wendy Pragt Reageer

De mussen vallen letterlijk dood van het dak. En prompt krijg ik het op mijn heupen.

Vandaag moet het huis eens een flinke beurt. 35 graden of niet, het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Na weken van “rustig aan, wat niet vandaag komt, komt morgen” ben ik juist vandaag wakker geworden met een enorme schoonmaakdrift. Ik weet het wel. Ik hoor om me heen dat ik niet goed snik ben en met deze abnormale hitte mezelf rustig moet houden. Dat weet ik natuurlijk zelf ook wel, gezien ik voel hoe de zweetdruppels – al dan niet op gepaste plekken – naar beneden gutsen. Maar met af en toe een pauze – zoals nu, terwijl ik deze column schrijf – en genoeg vocht binnen handbereik, is het best te doen. Buiten is het toch veel te warm om zelfs maar stilzittend met een goed boek rust te houden, dus zo’n slecht plan is het niet.

Bovenstaande is trouwens een erfenis van mijn moeder. Die liep op dit soort dagen ook altijd zwetend met de stofzuiger door het huis. Hoe warmer buiten, hoe schoner binnen. Dan verklaarde ik haar ook altijd voor gek. Zo heb ik ook net als zij altijd de neiging om bij een spannende EK- of WK-voetbalwedstrijd, waarin Nederland een van de partijen is, te ‘vluchten’ voor (te) spannende momenten, zoals strafschoppen. Ineens moet er dan nog een afwasje gedaan of een kopje koffie gezet. Hopelijk kan ik die traditie volgend jaar weer voortzetten!

Maar enfin, nu weer genoeg geschreven. Hup, in de benen. Even de was nog ophangen en de badkamer soppen, zodat ik straks in een heerlijk verkoelend bad kan zakken. En dan de zwoele avond in de tuin doorbrengen met een glaasje. Proost, mam!

Top of the world

14 mei 2015 door Wendy Pragt Reageer

Laat ik met een bekentenis beginnen: een geboren zangtalent ben ik niet. Dat moge duidelijk zijn.

Maar dat muziek mij met de paplepel is ingegoten, is een ding wat zeker is. In mijn jonge jaren thuis herinner ik mij dat mijn moeder elke ochtend eerst de radio aanzette alvorens aan de beslommeringen van alledag te beginnen. En op zondag genoot ik van de muziek die mijn vader eigenhandig had opgenomen en op de bandrecorder had gezet. Uiteraard toen nog met achtergrond- en bijgeluiden, zoals het geklets van de dj of van iemand van ons eigen gezin die per ongeluk niet oplette en er tijdens het opnemen doorheen had geklets. Maar dat mocht de pret niet drukken.

Dit alles als gevolg, dat zelfs liedjes uit lang vervlogen tijden nog steeds in mijn geheugen gegrift staan. En die hebben zich dan weer vermenigvuldigd met mijn eigen voorkeursnummers. Ik schalde bij tijd en wijle wat mee, veilig in mijn eigen omgeving, achter mijn eigen voordeur.

Maar sinds kort bevindt ik mij regelmatig in de ‘karaoke-scene’. Dat komt zo. Op uitnodiging heb ik gewaagd eens deel te nemen aan en dergelijk zangfestijn. En had daar ont-zet-tend veel lol in, alle valse noten daar gelaten. Dus speur ik nu op internet naar liedjes waarvan ik inschat dat ik die op een enigszins behoorlijk manier ten gehore kan brengen. Helaas moet ik daarbij concluderen, dat de liedjes van mijn idool Tina Turner daar niet toe behoren. Maar schal ik mee met de muziek van The Carpenters, Nancy Sinatra, Cher (inclusief Sonny) en Carly Simon, om maar eens wat voorbeelden te noemen. En durf ik zingend uit mijn ‘comfort zone’ (de badkamer) te stappen.

Nee, The Voice ga ik niet redden. Maar dat de buren nu kunnen meegenieten van mijn – hoe zal ik het zeggen – pogingen om een herkenbare melodie te produceren, is inmiddels peanuts. En dat ik dat dan ook nog doe in groepsvorm, zij het in besloten kring, voelt als een overwinning.

Het belangrijkste echter, is dat ik er veel plezier aan beleef. Dus op naar de volgende sessie. Jiha!

‘Sociale media’

20 december 2010 door Wendy Pragt Reageer

Hoe het met u zit, weet ik niet. Maar ik houd het allemaal niet meer bij.

Dacht ik even hip te doen door een eigen weblog te beginnen, loop ik al weer achter. Want ik heb geen Twitter, Facebook en/of LinkdIn-account. Dus eigenlijk doe ik helemaal niet mee. Terwijl het echt pure noodzaak is om aan minimaal 1 van voornoemde virtuele netwerken mee te doen. Al was het alleen maar om in beeld te blijven als columnist. Of eigenlijk als wie dan ook. Als mens, als vrouw, als moeder. Help!

Mijn zoontje van vierenhalf zit nu al met gemak op YouTube te kijken of er nog wat nieuws onder de zon is. Die kan ik over een paar jaar toch niet vertellen dat zijn moeder he-le-maal niet bekend is met de meest recente social media. Terwijl er genoeg senioren zijn, die zich helemaal gek chatten en lid zijn van diverse (nieuws)groepen.

Nee, dan ik. Ik vind het al heel wat dat ik aan internetbankieren doe.

Laatst werd ik gebeld door de man van een ex-collega, die ik al jaren niet had gezien. Hij wilde voor haar een surpriseparty organiseren, omdat ze 50 werd. Maar hij had mijn gegevens niet en om deze aan het toekomstige feestvarken zelf te vragen, was natuurlijk geen optie. ‘Ik heb je even gegoogeld’ legde hij mij uit. Aha…

Toppunt was dat ik een sms’je kreeg van een vriendin, waarin zij mij vroeg of ik mijn e-mail had gelezen, die luidde: “Zullen we snel weer eens wat afspreken? Gezellie!”

Wat is er mis met mijn telefoon, denk ik dan. Wat is er gebeurd dat de mensen niet meer met elkaar praten, maar alles via toetsenborden moet gaan?

Verleden week zaten we met de afdeling in vergadering. Na 2 uur intens discussiëren was er geen besluit genomen over een bepaalde zaak, dus een vervolgafspraak was gewenst. Nu zaten we toch bij elkaar, dus was het wel zo handig om meteen de agenda’s te trekken. Tenminste, dat stelde ik voor, terwijl ik mijn vertrouwde boekje met pen uit mijn tas griste. Er viel een angstaanjagende stilte en ik vroeg heel sullig: “Zeg ik iets heel geks?” Wat een retorische vraag bleek, want de rest van de leden zat mij aan te staren met in ieders hand de meest geavanceerde iPhone, iPad, i-weet ik veel. Oeps!

Straks is het weer Kerstmis. Jaren achter elkaar stonden bij mij de kaartjes op het dressoir, in de vensterbank, op de schouw. Nu check ik vanaf 20 december elke dag mijn e-mail, omdat de gelukwensen tegenwoordig via dit kanaal binnenkomen.

Ikzelf vind het heerlijk om aan de eettafel kerstkaartjes te schrijven: kopje thee erbij, kaarsje aan en leef je maar uit. Aan wie stuur ik welk kaartje? Wat zal ik er dit jaar eens op zetten?

Helemaal fout! En zo hopeloos ouderwets.

Oud en Nieuw is helemaal een ramp. Het hele netwerk ligt onder vuur! Net bekomen van de schrik van afgrijselijk harde knallen, ontvang ik om 5 uur ’s morgens eindelijk een reeks nieuwjaarswensen van die en gene, die er om 12 uur niet doorheen kwamen. Net zoals al die andere tig miljoen Nederlanders.

Daarom wens ik u nu alvast voor 2011 – en alle jaren die nog voor u liggen – veel geluk en veel (digitale) wijsheid!

  • « Vorige
  • 1
  • 2

Dit ben ik

Volg mij

  • E-mail
  • Facebook
  • LinkedIn

Copyright

©Wendy Pragt - All Rights Reserved

 

Ga naar

  • Cookieverklaring
  • Privacyverklaring

Copyright © 2025 · Beautiful Pro Theme op Genesis Framework · WordPress · Log in